Analyse: overname Grupo Modelo door AB InBev geblokkeerd

© reuters
Wolfgang Riepl
Wolfgang Riepl redacteur bij Trends

De Amerikaanse mededingingsoverheden blokkeren de overname van Grupo Modelo door AB InBev. De mededingingsoverheden waren in het verleden overigens altijd al gekant tegen fusies en overnames bij de grote brouwers.

De Amerikaanse mededingingsoverheden blokkeren de overname van Grupo Modelo door AB InBev. De mededingingsoverheden waren in het verleden overigens altijd gekant tegen fusies en overnames bij de grote brouwers.

In het verleden werden fusies en overnames door grote brouwers stelselmatig geblokkeerd. Dat observeren de onderzoekers Victor en Carol Tremblay in hun boek uit 2005 ‘The US Brewing Industry’.

In een halve eeuw (van 1950 tot 2002) werden 600 brouwerijen en/of merken betrokken bij een fusie of overname in de Verenigde Staten. Maar het ging bijna steeds om zeer kleine spelers. De Amerikaanse mededingingsoverheden verhinderden dat grote brouwers konden overnemen.

De auteurs vinden dat daarom geen goede zaak, want vooral het verhinderen van de samenwerking tussen de groteren onder de kleinere brouwers heeft ertoe geleid dat de Amerikaanse biermarkt vandaag wordt gedomineerd door Anheuser-Busch InBev (49 procent van de markt in 2011) en de combinatie van MillerCoors (29 procent). Die laatste, een samenwerking sinds oktober 2007 van de brouwers nummer twee (Miller) en Coors (nummer drie), werd dus merkwaardig genoeg wel toegelaten.

Maar in de decennia voordien kregen fusies en overnames zeldzaam een vrijgeleide van de Amerikaanse mededingingsoverheden. Anheuser-Busch kreeg er al mee te maken. In 1958 wou de onderneming een brouwer overnemen, maar dat mocht niet van de mededingingsoverheden. Met als gevolg dat Anheuser-Busch voortaan vooral aan organische groei werkte. In 1979 werd nog een brouwerij gekocht van Schlitz, een brouwer die in financiële moeilijkheden verkeerde.

De Amerikaanse mededingingsoverheden lieten die overname toe, omdat het een grote brouwerij was, en Anheuser-Busch toen de enige echt grote brouwer was die de fabriek kon laten draaien door voldoende afzet te garanderen. In de jaren negentig nam Anheuser-Busch nog minderheidsbelangen in twee lokale brouwers. Maar Anheuser-Busch werd vooral via organische groei de meest productieve, de modernste en de meest winstgevende brouwer in de Verenigde Staten. Het marktaandeel groeide van iets minder dan 10 procent in 1960, naar dus 49 procent in 2011.

De onderzoekers Tremblay wijzen er trouwens op dat het blokkeringsbeleid door de mededingingsoverheden niet het gewenste effect had, van het vermijden van de totstandkoming van enkele belangrijke spelers. Want het waren vooral de kleinere, zwakkere brouwers die zich via een samengaan met andere zwakke partners weer wilden versterken. Ze zouden vooral van schaalvoordelen kunnen genieten, via onder meer een efficiëntere productie en het delen van marketingkosten. Dat werd hen dus onmogelijk gemaakt. Volgens de mededingingsoverheden zouden ze door een samengaan te veel marktmacht vergaren. Het wellicht onbedoelde resultaat van dat beleid was dat de grote spelers hun reeds efficiënte productie- en marketingapparaat stelselmatig verder konden uitbouwen, en dus ook hun “marktmacht”.

Waarom dan toch die toegelaten fusie in 2007 tussen Miller en Coors? Wilden de Amerikaanse mededingingsoverheden een sterk duopolie creëren? Wellicht ging AB InBev uit van de veronderstelling dat ook de overname van de Mexicaanse marktleider Grupo Modelo, de leider in het importsegment in de Verenigde Staten met bijna zes procent marktaandeel, zou worden toegelaten. De Amerikaanse mededingingsoverheden blokkeren nu de deal.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content